Liturgie en kerkzang

Voor mijn liturgische publicaties: Klik hier

Naast mijn loopbaan in de taal- en communicatiewetenschap schrijf ik al sinds 1968 teksten voor liturgie, met name liedteksten. Een uit de hand gelopen hobby, maar ook een soort roeping die me veel heeft gegeven. Een kort overzicht, opgehangen aan drie steden.

Utrecht

Het begon in 1968 samen met enkele vrienden in het jongerenkoor van de Dominicusparochie. We vormden een creatieve groep onder de muzikale leiding van André Telderman en we zongen religieuze teksten op populaire melodieën van de Beatles, Somon & Garfunkel en andere popidolen uit die tijd. We stelden ook zelf de liturgie samen, en schreven gebedsteksten en teksten ter overweging. Hulde aan de paters Dominicanen die ons daar helemaal vrij in lieten en ons zelfs aanmoedigden! Van een streng toezicht van de bisschoppen was in die jaren van vernieuwing nog weinig te merken.

Vanaf ongeveer 1970 ging André ook zelf muziek componeren, onder meer geïnspireerd door zijn docent Bernard Huijbers. Een van de hoogtepunten was een min of meer ‘doorgecomponeerde’ liturgie voor Pinksteren we samen schreven in 1973 – de betreffende viering werd later ook door de KRO-radio uitgezonden, en enkele liederen ervan werden nog in 2015 met enkele wijzigingen opgenomen in de bundel Zangen van zoeken en zien.

Enschede

In 1976 verhuisde ik naar Enschede, en ik werd al snel ‘gestrikt’ als vrijwilliger in de Verrijzenisparochie. Ik maakte daar deel uit van het parochiebestuur, maar ik werkte ook mee aan de liturgie. In eerste instantie voor een kleine gemeenschap in de nieuwbouwwijk Stroinkslanden, waar we zondagsvieringen hielden in een school. Zonder koor, met alleen een pianist of gitarist. Ik schreef ook voor die gemeenschap een aantal liederen, altijd op bekende melodieën om zonder oefening samen te kunnen zingen. Een levendige gemeenschap en een inspirerende tijd.

Behalve in de parochie werd ik ook actief in het dekenaat Enschede, en ik werkte mee aan enkele regionale projecten zoals de Zondag van de Arbeid en de regionale Acht-Meibeweging.

In 1990 verscheen een bundel van mijn teksten onder de titel Een kring van mensen bij Gooi & Sticht. Verschillende teksten werden ook opgenomen in de wekelijkse uitgeven Bron van christelijke Geest van dezelfde uitgever, waardoor ze ook buiten de Verrijzenisparochie bekend werden.

In hetzelfde jaar 1990 kwam er een eind aan de vieringen in Stroinkslanden – langzaam was de deelname van de wijkbewoners minder geworden, en de toenmalige pastoraal werkster kreeg andere taken, waardoor zij niet meer mee kon werken. In de Verrijzeniskerk bleef ik desondanks actief als vrijwilliger: ik zong enkele jaren in het parochiekoor en ik ging voor in woord- en communievieringen. Dat alles duurde tot 2005. Rond die tijd kregen we steeds meer te maken met ‘toezicht’ op onze vieringen, die niet aan de regels voldeden, en ik had weinig zin in discussies en conflicten daarover.

In later jaren heb ik nog wel meegewerkt aan groepen die probeerden om aan de rand van of naast de officiële kerk vernieuwende liturgie te vieren: de Vrijplaats Daglicht in Enschede-Zuid, en de Twentse Ecclesia. Beide groepen hielden het enkele jaren vol, maar mede door de vergrijzing van de kerkvernieuwers duurden ze niet lang.

Groningen

In 1999 kreeg ik bezoek van Chris van Bruggen, die als musicus verbonden was aan de Oecumenische Vieringen Groningen, een gemeente die wekelijks vieringen houdt in de Pepergasthuiskerk. Hij had een van mijn teksten, het tafelgebed Die wij danken, op muziek gezet en wilde dat opnemen op een CD. We herkenden veel bij elkaar, en we besloten om samen te gaan werken. Dat resulteerde in een reeks vieringen voor de Advent en Kerstmis in december 2000, waarvoor ik teksten schreef die op muziek gezet werden door Chris van Bruggen, Anneke van de Heide en Peter Rippen. Een jaar later werden de liederen onder de titel Op wie wij wachten uitgegeven door uitgeverij Narratio: partituur, koorboek, liturgische handreiking en een CD.

In de jaren die volgden hadden we nog regelmatig contact, wat in 2008 leidde tot een nieuw project: het Paasoratorium Daar is het Daglicht, met muziek van dezelfde componisten. Ook dit project werd door Narratio uitgegeven, inclusief een CD.

Op initiatief van Chris verscheen in 2010 mijn bundel Om de aarde te bewonen. Daarin stonden enkele liederen uit het inmiddels uitverkochte boek Een kring van mensen, maar vooral liederen die ik samen met de Groningers geschreven heb.

Toen ik enkele jaren daarna (in 2011) met pensioen ging, kreeg ik veel tijd voor mijn uit de hand gelopen hobby. Dat leidde tot het kerstoratorium De Verhalen (2014) en de Pinkstercantate Een taal van liefde (2016). Ook deze werden gepubliceerd, al was er in 2016 geen budget voor de productie van een CD.

Sinds 2010 werd ik ook regelmatig gevraagd als voorganger in het Groningse, met name door de Protestantse gemeente van de Trefpuntkerk in Glimmen.

De vrije tijd bracht ook mee dat ik kon meewerken aan andere projecten. Ik was lid van de projectgroep die de bundel Zangen van zoeken en zien (2015) samenstelde, en ik stelde samen met Chris een bundel samen met nagelaten teksten van Herman Verbeek (Dat gij het zingt, 2019). En min of meer als afsluiting van mijn liturgie-activiteiten schreef ik het boek Scherven van zekerheid (2020), een bezinning-achteraf op mijn liedteksten. Het boek werd uitgegeven door de Stichting Docete. De uitgever, Kees Uitewaal, komt net als ik uit het Utrechtse Oog in Al. Sterker nog: we zijn  in de vakantie van 1968 samen met enkele andere jongens met een busje door Engeland getrokken. Zo eindigt het nog met een link naar waar het allemaal begonnen is!